Even wat huidverzorging tanken?

Een vraag: wat zou je reactie zijn als je een vrouw aan een benzinepomp haar potje gezichtscrème zag bijvullen? Stel dat je haar persoonlijk kent en je haar hoort vertellen dat ze er haar gezicht dagelijks mee insmeert? Dat ze je zegt: “Tja, als het mijn auto zo lekker laat rijden, stel je voor wat het dan voor mijn huid kan doen!” Dankzij dergelijk lichtjes gemutileerde redeneringen zijn er vandaag nog steeds een massa huidverzorgingsproducten te koop die petroleumingrediënten bevatten. Soms heeft een merk zichzelf er zelfs naar vernoemd: in de 19e eeuw zette de Zwitserse apotheker Charles Hahn een haarolie op de markt gemaakt van petroleum, die haaruitval en roos zou wegwerken. De apotheker had in de media iets gelezen dat zijn geldkoorts in vuur en vlam zette: de pers maakte melding van de verbazingwekkende behaardheid van de mannen die in de (eerste) oliebronnen van Pennsylvania werkten. “Dus”, redeneerde de heer Hahn de doelgroep in zijn marketing voor, “petroleum is uitstekend voor het haar!”. (Niemand heeft in een longitudinaal onderzoek de gezondheid van die eerste olieveldwerkers gevolgd; niemand beschreef de gevolgen van de giftige dampen die ze elke dag inademden; wellicht stierven ze zo jong dat hun volle bos haar en hun borsthaar sowieso geen tijd had om uit te vallen).  
Als die nevenschikking van petroleum en huidverzorging door de vrouw aan de benzinepomp je al een heel ongemakkelijk gevoel bezorgde, moet je weten dat petroleum vandaag in tientallen verschillende derivaten tot huidverzorgingsingrediënten ‘omgebouwd’ wordt. Fabrikanten die ze gebruiken noemen ze zelfs ‘natuurlijke’ ingrediënten. De (verminkte) redenering daarachter? Aardolie wordt gemaakt van het residu van planten, plankton en algen die blootgesteld werden aan ongelooflijk hoge temperaturen en druk in de aardkorst. Kan het ‘natuurlijker’ klinken?
De enige keer dat aardolie ‘natuurlijk’ is, is wanneer het netjes in de aardkorst blijft zitten. Wat wij mensen ermee doen – de petroleumraffinage – doet echter de hel losbreken. Petrochemische ingrediënten hebben jammer genoeg een onstuitbare en succesvolle opmars gemaakt, waardoor ze overal inzitten: in je auto, in je voeding, in je medicatie, in antivriesproducten, etc. ... en in je huidverzorging. Je wordt er dus elke dag op getrakteerd, tenzij je ze leert ‘herkennen’ op het label en die producten alvast vermijdt.
In cosmetica herken je de petroleum-ingrediënten zo:
–  alles wat eindigt op ‘eth’ (werd gemaakt met ethyleenoxide, bv. oleth, laureth,..)
–  alles met ‘butyl-’ (bv. butyl alcohol)
–  alles met ‘ethyl-’ (bv. ethyl alcohol)
–  alles met ‘methyl-’ (bv. methylparaben)
–  alles met DEA (bv. diethanolamine)
–  alles met MEA (bv. ethanolamine)
– alles met PEG (bv. polyethylene glycol)
– alles met ‘propyl-’ (bv. propylene glycol, cocamidopropyl betaine)
– Benzene
– Butanol
– Ethanol
– Methanol
– Mineral oil
– Paraffin wax
– EDTA (ethylenediaminetetraacetic acid)
– Phenoxyethanol
– bij mainstream merken als ‘Parfum’ of ‘Fragrance’: 95 procent van de chemicaliën die onder dit noemertje gebruikt worden, zijn afkomstig uit aardolie. Dit ene woord op de verpakking van mainstream merken kan trouwens vele, vele chemicaliën bevatten die niet vermeld hoeven te worden (omdat ze onder ‘Parfum’ binnengesmokkeld worden, gelden ze als een ‘fabrieksgeheim’) en die waarschijnlijk hormoonontregelaars zijn. Let wel! Je zult het woord ‘Parfum’ of ‘Fragrance’ ook op de ‘echte’ natuurlijke, en/of biologisch gecertificeerde cosmetica vinden. Zo moet een geur immers wettelijk vermeld worden. Bij die merken is een parfum echter NOOIT synthetisch. Het wordt samengesteld uit natuurlijke etherische oliën en waters van bloemen, planten en vruchten. Er worden bij deze merken dus ook geen andere ingrediënten ‘binnengesmokkeld’ onder de noemer ‘Parfum’.



Beoordelingen

Er zijn geen beoordelingen gevonden.


Blog